Kajafas, die deszelven jaars hogepriester was, zeide tot hen:
Gij verstaat niets; en gij overlegt niet, dat het ons nut is,
dat een mens sterve voor het volk, en het gehele volk niet verloren ga.
Johannes 11:49-50
Kajafas, die deszelven jaars hogepriester was, zeide tot hen:
Gij verstaat niets; en gij overlegt niet, dat het ons nut is,
dat een mens sterve voor het volk, en het gehele volk niet verloren ga.
Johannes 11:49-50
Zo is dan noch hij, die plant, iets, noch hij, die nat maakt,
maar God, Die den wasdom geeft.
1 Korinthe 3:7
Waakt en bidt, opdat gij niet in verzoeking komt;
de geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak.
Mattheüs 26:41
Wij dwaalden allen als schapen,
wij keerden ons een iegelijk naar zijn weg;
doch de HEERE heeft onzer aller ongerechtigheid
op Hem doen aanlopen.
Jesaja 53:6
Ik ben de goede Herder.
De goede herder stelt zijn leven voor de schapen.
Mijn schapen horen Mijn stem,
en Ik ken dezelve, en zij volgen Mij.
Johannes 10:11,27
Zo iemand dorst, die kome tot Mij en drinke.
Die in Mij gelooft, gelijkerwijs de Schrift zegt,
stromen des levenden waters zullen uit zijn buik vloeien.
Johannes 7:37-38
Ontzondig mij met hysop, en ik zal rein zijn;
was mij, en ik zal witter zijn dan sneeuw.
Psalm 51:9
Worden niet twee musjes om een penningsken verkocht?
En niet een van deze zal op de aarde vallen zonder uw Vader.
Vreest dan niet; gij gaat vele musjes te boven.
Mattheüs 10:29,31
Daarom, hoe kostelijk zijn mij, o God, Uw gedachten!
hoe machtig veel zijn haar sommen!
Zoude ik ze tellen? Harer is meer, dan des zands.
word ik wakker, zo ben ik nog bij U.
Psalm 139:17-18
Gij Heere, zijt waardig te ontvangen
de heerlijkheid, en de eer, en de kracht;
want Gij hebt alle dingen geschapen,
en door Uw wil zijn zij, en zijn zij geschapen.
Openbaring 4:11
Heilig, heilig, heilig
is de Heere God, de Almachtige,
Die was, en Die is, en Die komen zal.
Openbaring 4:8
Want Ik, de HEERE, word niet veranderd;
daarom zijt gij, o kinderen Jakobs!
niet verteerd.
Maleachi 3:6
HEERE! maak mij bekend mijn einde,
en welke de mate mijner dagen zij;
dat ik wete, hoe vergankelijk ik zij.
Psalm 39:5
Dit is een getrouw woord, en alle aanneming waardig,
dat Christus Jezus in de wereld gekomen is,
om de zondaren zalig te maken,
van welke ik de voornaamste ben.
1 Timotheüs 1:15
Mijn ziel maakt groot den Heere;
En mijn geest verheugt zich in God,
mijn Zaligmaker;
Omdat Hij de nederheid
Zijner dienstmaagd heeft aangezien;
Lukas 1:46-48a
Ziet, de maagd zal zwanger worden, en een Zoon baren,
en gij zult Zijn naam heten Emmanuël;
hetwelk is, overgezet zijnde, God met ons.
Mattheüs 1:23
De Geest des Heeren HEEREN is op Mij,
omdat de HEERE Mij gezalfd heeft,
om een blijde boodschap te brengen den zachtmoedigen;
Hij heeft Mij gezonden om te verbinden de gebrokenen van harte,
om den gevangenen vrijheid uit te roepen,
en den gebondenen opening der gevangenis;
Jesaja 61:1
En wordt ook van mensenhanden niet gediend, als iets behoevende,
alzo Hij Zelf allen het leven, en den adem, en alle dingen geeft;
Handelingen 17:25
De God, Die de wereld gemaakt heeft en alles wat daarin is;
Deze, zijnde een Heere des hemels en der aarde,
woont niet in tempelen met handen gemaakt;
Handelingen 17:24
Gij zijt het zout der aarde;
Indien nu het zout smakeloos wordt,
waarmede zal het gezouten worden?
Het deugt nergens meer toe,
dan om buiten geworpen,
en van de mensen vertreden te worden.
Mattheüs 5:13