Alle goede gave, en alle volmaakte gift is van boven,
van den Vader der lichten afkomende,
bij Welken geen verandering is, of schaduw van omkering.
Jakobus 1:17
Alle goede gave, en alle volmaakte gift is van boven,
van den Vader der lichten afkomende,
bij Welken geen verandering is, of schaduw van omkering.
Jakobus 1:17
Want wie ben ik, en wat is mijn volk, dat wij de macht zouden verkregen hebben, om vrijwillig te geven als dit is?
Want het is alles van U, en wij geven het U uit Uw hand.
1 Kronieken 29:14
Want bergen zullen wijken, en heuvelen wankelen;
maar Mijn goedertierenheid zal van u niet wijken,
en het verbond Mijns vredes zal niet wankelen,
zegt de HEERE, uw Ontfermer.
Jesaja 54:10
Want Ik, de HEERE, uw God, grijp uw rechterhand aan,
Die tot u zeg: Vrees niet, Ik help u.
Jesaja 41:13
Wie op zijn rijkdom vertrouwt, die zal vallen;
maar de rechtvaardigen zullen groenen als loof.
Spreuken 11:28
En toen ik Hem zag, viel ik als dood aan Zijn voeten;
en Hij legde Zijn rechterhand op mij, zeggende tot mij:
Vrees niet; Ik ben de Eerste en de Laatste;
Openbaring 1:17
Die geen zonde gedaan heeft,
en er is geen bedrog in Zijn mond gevonden;
Die, als Hij gescholden werd, niet wederschold,
en als Hij leed, niet dreigde;
maar gaf het over aan Dien,
Die rechtvaardiglijk oordeelt;
1 Petrus 2:22-23
Hoor naar Mij, o Jakob! en gij Israel, Mijn geroepene!
Ik ben Dezelfde; Ik ben de Eerste, ook ben Ik de Laatste.
Jesaja 48:12
Wie is een God gelijk Gij, Die de ongerechtigheid vergeeft,
en de overtreding van het overblijfsel van Zijn erfenis voorbijgaat?
Hij houdt Zijn toorn niet in eeuwigheid;
want Hij heeft lust aan goedertierenheid.
Micha 7:18
Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde, zegt de Heere,
Die is, en Die was, en Die komen zal, de Almachtige.
Openbaring 1:8
Al wat Mij de Vader geeft, zal tot Mij komen;
en die tot Mij komt, zal Ik geenszins uitwerpen.
Johannes 6:37
Daarom zal de Heere Zelf ulieden een teken geven;
ziet, een maagd zal zwanger worden,
en zij zal een Zoon baren, en Zijn naam IMMANUEL heten.
Jesaja 7:14
Gij hebt voormaals de aarde gegrond, en de hemelen
zijn het werk Uwer handen;
Psalm 102:26
Want uit genade zijt gij zalig geworden door het geloof;
en dat niet uit u, het is Gods gave;
Efeze 2:8
En nu blijft geloof, hoop en liefde, deze drie;
doch de meeste van deze is de liefde.
1 Korinthe 13:13
Gelijkerwijs de Vader Mij liefgehad heeft, heb Ik ook u liefgehad;
blijft in deze Mijn liefde.
Indien gij Mijn geboden bewaart, zo zult gij in Mijn liefde blijven;
gelijkerwijs Ik de geboden Mijns Vaders bewaard heb, en blijf in Zijn liefde.
Johannes 15:9-10
Ik bezweer u, gij dochters van Jeruzalem!
indien gij mijn Liefste vindt,
wat zult gij Hem aanzeggen?
Dat ik krank ben van liefde.
Hooglied 5:8
Geloofd zij de God en Vader van onzen Heere Jezus Christus, Die naar Zijn grote barmhartigheid ons heeft wedergeboren, tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden.
1 Petrus 1:3
O alle gij dorstigen! komt tot de wateren,
en gij, die geen geld hebt, komt, koopt en eet,
ja komt, koopt zonder geld, en zonder prijs, wijn en melk!
Jesaja 55:1
Een goede tijding uit een ver land
is als koud water op een vermoeide ziel.
Spreuken 25:25
De liefde zij ongeveinsd. Hebt een afkeer van het boze, en hangt het goede aan.
Romeinen 12:9
Statenvertaling (NL)